woensdag 24 oktober 2012

Valt hier nog iets te beleven?

Van de week liep ik langs een reclamebord dat mij toeschreeuwde: ‘Beleef beton’. Ik raakte door die aansporing nogal in verwarring. Hoe zou ik beton kunnen beleven? Moest ik daarvoor een betonnen bunker uit de Tweede Wereldoorlog bezoeken? Moest ik mij met een betonblok om mijn enkels in het kanaal storten?

Reclamemakers willen ons van alles laten beleven. Beleef Thailand, beleef Zwolle op zijn mooist, beleef de nieuwste Landrover, beleef Maserati op uw iPhone. Als we van iemand zeggen dat hij veel beleeft, doelen we daarmee op een intens en avontuurlijk leven. Dat is wat marketingjongens ons beloven.   

In onze relatief veilige en welvarende samenleving verkopen belevingsconcepten goed: een bezoek aan een wellness sauna, een safari door Zuid-Afrika, een thuisbioscoop met dolby surround system. We willen dat allemaal beleven! Net als andere zintuiglijke werkwoorden -horen, zien, proeven, voelen en ruiken- is beleven transitief. Dat wil zeggen dat er twee partijen bij betrokken zijn: iets dat het ervaren veroorzaakt en iemand die ervaart.

Hierin schuilt een probleem. Reclames willen u doen geloven dat met volle teugen genieten gegarandeerd is. Vergeten wordt, dat plaats, tijd en omstandigheid uiteindelijk bepalen hoe u iets beleeft. Een product of dienst kan wel in de markt zijn gezet om u iets moois of unieks te laten ervaren, zekerheid over het gewenste resultaat ontbreekt.

Genieten is een presentje en tegelijk de zwaarste opdracht die u kunt krijgen. Een voorbeeld. U hebt een zware week achter de rug en u wilt zich eens heerlijk laten masseren. Uw masseuse begint de behandeling met een vriendelijk: ‘Geniet ervan’. Maar als ze net bezig is met uw schouders en nek, herinnert u zich dat u een afspraak met een belangrijke klant vergeet. Krijgt u waarop u had gehoopt en waarvoor u heeft betaald?

Beton beleven kán, dat weet ik inmiddels. In de steeg naast het appartementencomplex waar ik woon, ontdoen bouwvakkers een voormalig magazijn van zijn oude betonlaag. Met betonklopper en pneumatische boorhamer. Beleven tot in de vezels, dat garandeer ik u. Maar dan beleven in een vroegmiddelnederlandse betekenis van het woord, namelijk óverleven. 

donderdag 18 oktober 2012

Ondernemen met passie

Laatst bezocht ik een netwerkborrel waar een jonge ondernemer zijn verhaal deed over een zelf ontwikkeld schoonmaakproduct. Tot dan toe liep dat nog niet zo goed, maar hij was nu bezig het met passie in de markt te zetten. De wereld lag voor hem open! Zijn positieve toon werkte aanstekelijk. Toch voelde ik op weg naar huis onbehagen: stak ik zelf voldoende passie in mijn zaak?

Als ondernemers willen we passioneel te werk gaan: netwerken, nieuwe producten bedenken, mooie campagnes opzetten. Meer, sneller, perfecter, rendabeler. En wie dagdroomt er niet over een gepassioneerde liefde? Toch eindigt zo’n stormachtige relatie doorgaans in ellende. Denk maar aan de iconische haat-liefdeverhouding tussen Elisabeth Taylor en Richard Burton. Zij stonden elkaar soms letterlijk naar het leven.

Passie betekent lijdensverhaal. De Matthaüs Passion van Johann Sebastian Bach bezingt de smartelijke laatste dagen van Jezus Christus. Daarnaast draagt passie de betekenissen ‘drang die niet te weerstaan is’ en 'foltering’ in zich. Teveel aan passie kan leiden tot zichzelf overvragen, tot stress, slapeloosheid en zelfs tot ziekte.

De passieflora is een van mijn favoriete planten, alleen al vanwege de naam. De bloem met zijn expressieve paarse kern in de vorm van een doornenkroon is weliswaar verleidelijk mooi; de wortels zijn giftig. Tegelijkertijd blijken bladeren en stengels van de passiebloem in een sterke verdunning juist heilzaam te zijn: als rustgevend middel.

Doseer uw passie dus! Op geïnspireerd ondernemen is niets tegen. Maar lukt het u in deze barre economische tijden niet om elke dag opnieuw ziel en zaligheid in uw zaak te leggen? Doe dan een stap terug: misschien ontdekt u weer waar uw hart naar uitgaat. En soms is het voldoende om domweg vol te houden. Ook die houding getuigt uiteindelijk van passie. Want, wist u waaraan het begrip passief verwant is? Precies.
   
Meer lezen over dit onderwerp kan op de site van Intermediair: http://goo.gl/mWPwI

donderdag 11 oktober 2012

De dyslexie van Bill Gates

Jarenlang heb ik moeite gehad met de schrijfwijze van dyslexie, dat ik met ‘ct’ schreef, vanwege de verbuiging dyslectisch. Hoe zit het met u: schrijft u foutloos? Dan kunt u vast de spelfouten vinden in het volgende voorbeeld. 
Stel, u wilt uw carriére een nieuwe richting geven. Als u meer verdient, kunt u eindelijk die Audi R8 aanschaffen waarop u zich al jaren heeft gefocusd. Een prachtige sportwagen met een enorm accelleratievermogen. De dealer heeft u bovendien een aantal aditionele accesoires beloofd.
U schrijft een sollicitatiebrief van een A4-tje waarin u zich geïntereseerd toont. U roemt in de eerste plaats uw consentieuze werkwijze. U laat weten, dat u  zich voor langere tijd wilt commiteren, aangezien u zich helemaal met de uitgangspunten van het bedrijf kunt indentificeren. Op uw cirruculum vitae toont u uw leidersschapskwaliteiten aan. Tot slot vermeldt u uw hobbies: reizen in Latijns Amerika en over de Middeleeuwen lezen.
De 15 foutief gespelde woorden in deze ‘casus’ zijn afkomstig uit het overzicht van de meest gemaakte spelfouten in het Nederlands.*) Een sollicitatiebrief schrijven kan een echt mijnenveld zijn! ‘Voor mij is het geen probleem,’ zeggen veel mensen. ‘Op de computer zit toch spellingcontrole?’
Maar helemaal kunt u daarop niet vertrouwen: Windows Word ziet sommige spelfouten over het hoofd. Bill Gates is weliswaar dyslectisch, zijn medewerkers zijn dat ongetwijfeld niet! Toch werden A4-tje, Latijns Amerika en Middeleeuwen niet rood onderkringeld, terwijl de schrijfwijze beslist onjuist is. Het moet zijn: A4’tje, Latijns-Amerika en middeleeuwen.
Andere woorden die wel degelijk in de Woordenlijst Nederlandse taal (het Groene Boekje) voorkomen, worden in Word ten onrechte als fout aangeduid. Neem nou vitae: zonder hoofdletter. Bovendien, nieuwe woorden komen er dagelijks bij, net als onvertaalde vaktermen die de spellingcontrole niet herkent. En dan veranderen de regels ook nog bijna elk decennium! 
Dyslectisch of niet, als u er zeker van wilt zijn dat u zonder spelfouten schrijft, controleer lastige woorden dan via de website www.taalunieversum.nl. Daar is een woordenlijst beschikbaar, waarin u schrijfwijze en woordgeslacht kunt nazien.
Op die site zou ik trouwens niet op zoek gaan naar de term spellingcontrole: die treft u daar gek genoeg niet aan. Wel het half-Engelse spellingchecker… Zou Bill Gates dat helemaal foutloos spellen? Voor u zijn er in elk geval nog 12 fouten te gaan. Succes!
*) Bron: www.wikipedia.nl

zaterdag 6 oktober 2012

Ik was ondernemer

Gisteren hoorde ik een jongetje op het schoolplein naar zijn vriendje roepen: ‘Ik was coureur!’ Hij zette zijn armen in de stuurstand en rende onder luid brommen keihard het plein over. Hij was coureur! En hij won.

Als we klein zijn is de wereld heel concreet: je moeder smeert de boterhammen, op school leer je rekenen, de trainer weet hoe je een goede pass maakt. Je dagdromen cirkelen rond het ogenschijnlijk onhaalbare: ik was een cowboy, een ridder, ik was een prinses. Maar geen kind beweert: ‘ik bén ridder’ of ik bén prinses’. Het is zich ervan bewust een ridder (of prinses) te spélen.

Speelde u als kind ooit ‘ik was ondernemer’? Toch kwam er een moment dat u zich voor het eerst voorstelde met: ‘Ik ben ondernemer’.  Er gaat groot zelfvertrouwen uit van die mededeling. In drie woorden zegt u: ik ben onafhankelijk, ik kan leidinggeven, ik heb ideeën, ik durf risico’s te nemen. Drie woorden!

Op het ogenblik heeft de titel ‘ik was ondernemer’ helaas een wrange bijbetekenis: alleen al in de eerste helft van dit jaar gingen 3760 bedrijven en instellingen failliet. En in juni 2012 kwamen daar nog eens 628 bij *): ruim vierduizend dromen aan gruzelementen. ‘Ik was ondernemer’, dat zegt niemand graag.

Aan de andere kant: nu u toch de tijd en rust hebt om het leven te overzien, stelt u zichzelf eens de vraag: waarom deed ik het allemaal ook alweer? Keer in uw overwegingen terug naar dat kind dat u was en durf te fantaseren. Zoek de grenzen van het onmogelijke. Zeg tegen uzelf: ‘Ik was een…’ U mag het invullen. Wie of wat houdt u tegen om juist dat te zijn?
  

*) Bron: www.nrc.nl